Weldenkend worden
Kerstboodschap Henk van Arkel, directeur STRO
De schrikbarende ontwikkeling van het klimaat dwingt ons fundamentele vragen te stellen. Wat is echt belangrijk in ons leven? Zijn we niet te afhankelijk geworden van spullen, van luxe, van materiële welvaart? En ligt daar niet de kern van de problematiek? Want kunnen we ons nog wel al die vliegreizen permitteren? Kunnen we ons nog wel stoere SUV fourwheeldrives permitteren? En goedkope gadgets van de Action? Moeten we ons niet veel meer focussen op MINDER en duurzamer consumeren?
Dat wordt een pijnlijk proces. Het wordt heel moeilijk om daarvoor iedereen op een lijn te krijgen. Met name de rijksten zullen hun ecologische voetafdruk enorm moeten verkleinen. Dat betekent simpelweg minder besteden en ophouden met investeren in nog meer spullen. Om die stap te maken, moeten we anders gaan denken. We moeten weldenkend worden! Daarbij denk ik aan een vertaling die professor Hamming ooit gaf van de kerstboodschap: Ere zij God in den Hoge door weldenkende mensen. Kerst kan een tijd zijn om ervoor te kiezen weldenkend te worden. En de daad bij het woord te voegen, mag je hopen.
Wat is weldenkend?
De kern van weldenkend is voor mij dat we echt verantwoordelijkheid nemen, voor de directe gevolgen van ons handelen, maar ook – en dat is veel lastiger – voor de indirecte gevolgen, voor de richting waarin de maatschappij zich mede door ons handelen ontwikkelt. Al dertig jaar bepleit STRO verandering door het aanpakken van de sturingsmechanismen die de huidige milieu- en maatschappelijke problemen veroorzaken:
- Arbeid zal bevrijd moeten worden van belastingen. Daarvoor in de plaats moeten belastingen komen op het gebruik van schaarse milieugoederen, verbruik van natuurlijke bronnen en speculatie met grond en patenten.
- Nu we zo verslaafd zijn geraakt aan luxe, zit er niks anders op dan die consumptie terug te dringen door zaken op de bon te doen. Of we het nu over reizen naar de maan of vliegreizen hebben, SUVs of wegwerpgadgets.
- Geld zal circulaire processen moeten bevorderen in plaats van te dwingen tot economische groei op straffe van crisis.
- Ook moet de accumulatie van geld gestopt worden, want daardoor wordt geld anoniem en bouwt het niet aan een positieve toekomst. We moeten breken met het idee dat we rijk worden op basis van eigendom van geld en grond. Rijk worden we door het ontwikkelen van onze talenten.
De bezitloze samenwerkings-samenleving
Vroeger had je veel collectieve grond, onder andere de meenten. En collectieve diensten: gezondheidszorg, water, gas, licht. Gaandeweg is steeds meer geprivatiseerd. Dat paste in een cultuuromslag. Daarbij is het idee ontstaan dat mensen een individuele aanspraak hebben op de aarde. De partnerschap die er was met de aarde, waarbij de mens in ruil voor de opbrengsten als een rentmeester de belangen van de aarde dient, bestaat niet meer. Waar een boer vroeger het bezit van zijn land als een wederzijdse afhankelijkheidsrelatie zag, zien de meesten van ons bezit tegenwoordig vanuit een gebruiksrelatie. En willen we zo snel mogelijk zoveel mogelijk gebruiken. Nu het Kerst wordt, is bezinning daarop zeker op z’n plaats. We hebben alleen toekomst als we weldenkende mensen worden.
Weldenkend is een kwestie van ons verbinden. Met onze medemens, met de aarde, met de schepping zo u wilt, met de geschiedenis, om van te leren, en met de toekomst. We zullen in ons handelen rekening moeten houden met het effect daarvan op de toekomst. En we kunnen onszelf daarbij niet langer op de mouw spelden dat we niet echt hoeven te veranderen, dat we gewoon met de inzet van techniek de natuur- en klimaatcrisis kunnen bestrijden. Want met alleen technologische oplossingen gaan we het niet redden.
Er zijn nu al veel extra grondstoffen en energie nodig om te zorgen dat ook arme mensen wereldwijd hun gerechtvaardigde aandeel in onze welvaart krijgen. De natuur kan niet ook nog eens de grondstoffen leveren om alle auto’s elektrisch te laten rijden, alle huizen elektrisch te verwarmen en industrieën op elektriciteit te laten overstappen. Er wordt eenvoudigweg teveel van de natuur gevraagd om alles CO2-proof te krijgen én op het huidige niveau te kunnen blijven consumeren.
We zullen daarom moeten overstappen naar een levenswijze met veel minder consumptie en naar spullen van een veel hogere kwaliteit en opgebouwd uit herbruikbare onderdelen. En wel wij allemáál, vooral de mensen die het meest te besteden hebben. Daarvoor zullen we afscheid moeten nemen van concurrentie als belangrijkste motief in de economie en overstappen naar een organisatie van de samenleving op basis van samenwerking en vertrouwen. Meer gericht op welbehagen dan op materiële consumptie, meer gericht op menselijke relaties dan op steeds weer nieuwe spullen.
Hoe kun je de aarde bezitten?
Er is uiteindelijk maar één aarde. Een ark die met ons als bewoners door het heelal zoeft. En op die ark hebben we niet alleen productiedieren nodig, maar een volledige ecologie, waarbij elke soort telt. Het verhaal van die ark is al heel oud en ook toen het geschreven werd, was het al nodig om mensen in te peperen hoe belangrijk de soortenrijkdom voor een complete en samenhangende ecologie is. Dus niet alleen koeien en varkens, maar ook het paartje ratten, de muggen en de slangen. Als weldenkende mensen moeten we deze les in ecologie ter harte nemen: het is niet voldoende om ons te bekommeren om de dieren die we leuk vinden of nuttig, nee, we moeten de natuur als geheel met alles erop en eraan in bescherming nemen.
Hoe kun je het recht bezitten om geld te maken?
Welvaart ontstaat doordat mensen die ergens goed in zijn, het resultaat van hun werk kunnen ruilen met dat van mensen die ergens anders goed in zijn. Daardoor is er voor iedereen een breed scala aan diensten en spullen beschikbaar. De een geeft les, de ander verbouwt eten en een derde bouwt huizen. De ene bakker bakt brood, de andere gebak. Dat is het primaire proces van welvaartschepping. Omdat de uitruil cruciaal is, moet dat effectief gebeuren en in onze samenleving is geld daarbij het smeermiddel. De geldschepping in onze samenleving wordt echter niet afgestemd op wat en waar nodig is om die welvaartschepping te faciliteren, maar waar het de meeste winst oplevert. Daardoor komt alleen geld beschikbaar als de baten van de geldschepping de kosten voldoende overstijgen.
Doordat het recht op geldschepping een bezit is geworden, is in dat proces niet meer zichtbaar waarvoor geld vooral nodig is: om samenwerking tot stand te brengen. De lener moet de winst van de banken bij elkaar brengen. Daarbij wordt het partnerschap in de samenleving doorbroken, terwijl geld juist het middel bij uitstek is om partnerschap tussen gespecialiseerde bedrijven mogelijk te maken.
Waar geld gaat domineren in de beslissingen van mensen en niet langer een middel is tot samenwerking, verandert ook de aard van de productie en consumptie. De schaal wordt almaar groter en daarbij worden de uitruil-relaties zo onzichtbaar dat de hebbedingetjes en wegwerpproducten het proces gaan domineren. Materie en energieverbruik verdringen de diensten. De levering van goedkope producten door China verdringt wat de mensen in de eigen omgeving voor elkaar doen. En daarmee wordt de leegroof van de aarde onzichtbaar achter vele lagen beslissingen en handelsketens.
Willen we de enorme problemen waarmee we geconfronteerd worden oplossen, dan zullen we in ieder geval iets fundamenteels aan het geld moeten veranderen.